Deze pagina is proefgelezen
verrast u de aankomst van Gods kracht!
en, saâmgezworen Waanverlichters!
met Baalsprofeten, Babelstichters,
verzinkt ge in één verwarringsnacht!
en, saâmgezworen Waanverlichters!
met Baalsprofeten, Babelstichters,
verzinkt ge in één verwarringsnacht!
Ja! ook deze eeuw van helsche trots
zal ’t wraakgerichte Gods getuigen!
Zy zal den ijzren schedel buigen
voor de opgeheven roede Gods!
Te lang reeds zuchten Zijn getrouwen,
by ’t hemeltergend outerbouwen
aan d’Oppervorst der duisternis!
Te lang reeds heerschen de onverlaten,
de Jesus bloedverzoening haten,
en wien Zijn kruis een gruwel is.
zal ’t wraakgerichte Gods getuigen!
Zy zal den ijzren schedel buigen
voor de opgeheven roede Gods!
Te lang reeds zuchten Zijn getrouwen,
by ’t hemeltergend outerbouwen
aan d’Oppervorst der duisternis!
Te lang reeds heerschen de onverlaten,
de Jesus bloedverzoening haten,
en wien Zijn kruis een gruwel is.
Ach! Christenstaten zagen wy
zich uit des Heilands teugels rukken!
de leer der Waarheid snood verdrukken
met onweêrhouden razernij!
Leviet en Priester afgevallen,
bemoedigend de duizendtallen
van ’t Godverlaten Israël,
om op onreine koe-altaren
met Heidenbijgeloof te staren,
en heil te wachten van de hel!
zich uit des Heilands teugels rukken!
de leer der Waarheid snood verdrukken
met onweêrhouden razernij!
Leviet en Priester afgevallen,
bemoedigend de duizendtallen
van ’t Godverlaten Israël,
om op onreine koe-altaren
met Heidenbijgeloof te staren,
en heil te wachten van de hel!
De macht des afgronds heeft haar tijd,
maar de eeuwigheid is van den Heere!
Hoe Satan ook door list regeere,
hy is verpletterd, als hy strijdt.
Hy worde dan tot krijg gedwongen,
de schepter aan zijn vuist ontwrongen,
hy, van ’t geroofde licht ontbloot,
en ’t geen hy is, dat zal hy blijken,
die voor mijn Heiland moest bezwijken,
de afzichtbre Koning van den dood.
maar de eeuwigheid is van den Heere!
Hoe Satan ook door list regeere,
hy is verpletterd, als hy strijdt.
Hy worde dan tot krijg gedwongen,
de schepter aan zijn vuist ontwrongen,
hy, van ’t geroofde licht ontbloot,
en ’t geen hy is, dat zal hy blijken,
die voor mijn Heiland moest bezwijken,
de afzichtbre Koning van den dood.
Wel aan, geloovigen! ziet rond!
’t Is plicht in Gods geduchte werken
’t Is plicht in Gods geduchte werken