INHOUD.
OVER DE VERBASTERING.
Onderscheid tusschen de onvruchtbaarheid van eerste kruisingen en die van basterden.—De onvruchtbaarheid is veranderlijk, is niet algemeen, en wordt door het kruisen van bloedverwanten en door het temmen gewijzigd.—Wetten die de onvruchtbaarheid der basterden beheerschen.—De onvruchtbaarheid is niet eene bijzondere gave, maar eene toevallige omstandigheid die andere verschillen vergezelt.—Oorzaken der onvruchtbaarheid van eerste kruisingen en van basterden.—Vergelijking van de uitwerkselen der veranderde levensvoorwaarden met die der kruising.—De vruchtbaarheid der rassen als zjj gekruist worden, en die van de kruislingen is niet algemeen.—Basterden en kruislingen, onafhankelijk van hunne vruchtbaarheid, met elkander vergeleken. —Overzigt
Blz. 1—36.
OVER DE ONVOLKOMENHEID DER GEOLOGISCHE GESCHIEDENIS.
Over de afwezigheid in den tegenwoordigen tijd van tusschenrassen.—Over den aard van uitgestorvene tusschenrassen, en over hun getal.—Over den langen tijd die aangetoond wordt door de grootte der afzetsels en der ontblootingen.—Over de armoede onzer palaeontologische verzamelingen.—Over het afbreken en weder aanvangen van geologische vormen.—Over de afwezigheid van tusschenrassen in de eene of andere vorming.—Over het plotselinge verschijnen van soorten en groepen van soorten.—Over hare plotselinge verschijning in de oudste lagen die bekend zijn als fossilen te voeren
Blz. 37—70.