Pagina:DeOntwikkelingVanHetSocialisme (Engels 1886).djvu/36

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

32

maar hij bestaat in de feiten, objektief, buiten ons, onafhankelijk van den wil of den loop zelfs van die menschen, die hem te voorschijn riepen. Het moderne socialisme is niets anders dan de weerkaatsing van de feitelijke botsing, de weerkaatsing ervan in de hoofden allereerst van die klasse, die er direkt onder lijdt.

Waarin bestaat die botsing?

Vóór de kapitalistische produktie, dus in de middeneeuwen, bestond algemeen het kleinbedrijf op den grondslag van privaat-eigendom der arbeiders op de produbtiemiddelen: de landbouw der kleine, vrije of hoorige boeren, het handwerk der steden. De arbeidsmiddelen—land, landbouw-gereedschap, werkplaats, arbeiders-gereedschap—waren arbeidsmiddelen van den enkelen persoon, alleen berekend voor privaatgebruik, dus noodzakelijk in het klein, beperkt. Maar zij behoorden juist daarom ook in den regel toe aan den voortbrenger zelf. Deze verdeelde produktiemiddelen te koncentreeren, ze te veranderen in de machtig werkende produktie-hefboomen van heden, dat was juist de geschiedkundige rol der kapitalistische produktiewijze en haar draagster, de bourgeoisie. Hoe zij dit sints de XVe eeuw langs de drie trappen van enkelvoudige koöperatie, fabriek en groot-industrie geschiedkundig heeft gedaan, dat heeft Marx in het vierde hoofdstuk van zijn "Kapitaal" uitvoerig uiteengezet. Maar de bourgeoisie, zooals aldaar ook is aangetoond, kon die beperkte produktiemiddelen niet omzetten in geweldige produktieve krachten zonder ze van produktiemiddelen van den enkelen persoon te veranderen in genootschappelijke produktiemiddelen, die alleen door een gemeenschap van menschen kunnen gebruikt worden. In de plaats van het spinnewiel, van den handweefstoel, van den smidshamer