Pagina:De Groote Schouburgh Der Nederlantsche Konstschilders En Schilderessen 1718 vol 1.djvu/24

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

Hoe wrokkende, hoe zeer verbolgen. Men ziet, hoe later ge e ft en volgen Op dien door lucht en heldendraf. Hun naam verydelt doot en graf 9 En leeft in weerwil van de tyen. Hier maken emft en boerteryen Een mengeling van zuur en zoet , Tot een verpozing voor V gemoedt> ^at zich vermeit in V een en V ander. ^Dus hout Houbraken 'tJpoorvanMAUDEki En van Sandrart, en van de B y, En fchaft ons keur van lekkerny. Ook geeft hy lejfen waart te hoor en , Voor dien de Kunfi heeft uitgekoren Tot haren lieven voefterling , 2)/V voedfel van haar hant ontfing. Maar hoe zyn veder is te loven , Jslogh gaat haar zynpenceel te boven.

D. van Hoogstraten.

D E