Pagina:De Katholieke Illustratie vol 001.pdf/85

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

76


De Koninklijke mantel van de H. Stephanus.

 


DE WERELDTENTOONSTELLING TE PARIJS



De mattemaker werkt nog eenvoudiger; slechts twee houten cilinders zijn hem voldoende om zijne kunstige matten te vervaardigen; hij begint met lange biezen op ongelijke afstanden om de cilinders te spannen; hiermede gereed, vlecht hij er de kortere door, welke een andere arbeider toereikt; de lange biezen zijn ongeveer ½ el, de kortere 3 palmen lang; ten laatste confectionneert hij zijn werk door de uiteinden hier en daar met een scherp mes weg te snijden of ze met touwtjes vast te binden; de aldus vervaardigde mat laat, wat sterkte of duurzaamheid betreft, niets te wenschen over.

Nu treden wij den karavanserail binnen of de herberg voor de karavanen.

Men vindt deze inrigtingen in de Egyptische steden en hier en daar op de oasen der woestijnen; zooals men weet, reizen de Oosterlingen bij groote groepen door de ongebaande wegen, dikwerf door uitgestrekte woestijnen met hunne kameelen, die de koopwaren dragen, welke van de eene plaats naar de andere moeten vervoerd worden; de onvruchtbaarheid der streek, de wilde beesten, de rondzwervende rooverbenden nopen de bewoners van het, Oosten in groote groepen te reizen; soms bestaat een karavaan uit 100 à 200 kooplieden met 500 tot 1000 kameelen; behalve de koopwaren, dragen deze sterke en onvermoeide dieren zakken, die met water gevuld zijn; deze zakken worden bij iedere oase waar men aankomt, op nieuw gevuld; soms raken zij uitgeput, alvorens men eene bron bereikt heeft, en dan zijn de reizigers met groot gevaar bedreigd; van nieuwe levensmiddelen kan men zich alleen voorzien in de karavanserails.

In de steden zijn deze met ongemeene pracht aangelegd; het zijn groote gebouwen met ruime binnenplaatsen, waar de reizigers onder de schaduw van olijf- en palmboomen van de vermoeijenissen der reis kunnen uitrusten; om de plaats heen bevinden zich verscheidene magazijnen, die de koopwaren opnemen, zoo lang de kooplieden in de herberg verblijven, en stallen voor de kameelen; gemakkelijk ingerigte kamers wachten de uitgeputte reizigers, en een tal van keukens voorzien in hunne behoeften; op het midden der plaats verheft zich een marmeren fontein, die het water levert voor de reinigingen, die de Mahomedaaansche wet voorschrijft; eene ruime zaal, het rendez-vous der reizigers, geeft hun gelegenheid onder aangename gesprekken en het gebruik van koffij en het rooken der geliefkoosde pijp door te brengen; ook bevinden zich hier onderscheidene kamers, door werklieden voor een bepaalden tijd gehuurd, waar zij de voorwerpen hunner industrie vervaardigen, welke zij met goede winst aan de reizende kooplieden verkoopen.

De karavanserails in de woestijnen zijn minder grootsch aangelegd; nooit evenwel mist men er de groote koffijzaal en de binnenplaats met de fontein, de magazijnen en de stallen.

Ofschoon de karavanserail op het veld van Mars niet voor het publiek toegankelijk is, kunnen wij er toch binnendringen met behulp van een permissiebillet, dat wij aan de welwillendheid van den Heer Choïesky, commissaris generaal dor Egyptische tentoonstelling, te danken hebben.

Nu gaan wij eenige schreden verder en bezoeken den tempel van Edfou. Het is een merkwaardig gebouw en geeft ons met eenen enkelen oogopslag een denkbeeld van het kolossale, geheimzinnige en eerwaardige der Egyptische gebouwen; hooge dikke muren,