Naar inhoud springen

Pagina:De voeding der planten (1886).djvu/125

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
117
DE BOUW EN DE VERRICHTINGEN DER WORTELS.


opgenomen wordt. Deze zoogenoemde waterculturen gelukken tegenwoordig steeds, nu men nauwkeurig bekend is met de voorwaarden, voor welke daarbij zorg gedragen moet worden. Zij spelen èn in de leer van de voeding der planten, èn vooral in de toepassingen dier leer op de cultuurplanten een zoo aanzienlijke rol, dat wij ze hier uitvoerig moeten bespreken. De volgens deze methode verkregen resultaten zullen ons dan de stof voor een afzonderlijk hoofdstuk leveren.

Fig. 59.
afbeelding:Kiemplant van Mais (Zea Mais) voor een watercultuur ingericht.

Kiemplant van Mais (Zea Mais) voor een watercultuur in-gericht.

Men kan zaadkorrels, na ze in water bij gunstige temperatuur gedurende een of twee dagen geheel te hebben laten opzwellen, in vochtig mos of op een vochtigen doek, of op nat gaas, dat boven een wateroppervlakte hangt, gemakkelijk laten ontkiemen. De worteltjes ontwikkelen zich een tijd lang zonder zich te vertakken of wortelharen voort te brengen, en dus zonder aan de omgevende voorwerpen vast te groeien. Tegen het begin der haarvorming doet men goed ze op een gaas te plaatsen, waarvan de mazen groot genoeg zijn om de wortels door te laten. Hangt men dit gaas dan op korten afstand boven een glas met water op, en plaatst men een klok over alles heen, ten einde de lucht vochtig te houden en te verhinderen dat de worteltjes verdrogen, zoo groeien zij weldra in het water en maken daar wortelharen en bijwortels. Het is daarbij noodig het zaad niet in het water, maar er boven in de lucht te houden, daar bij den groei in de zaden een krachtige ademhaling plaats vindt, voor welke, gelijk wij weten, de zuurstof der lucht onontbeerlijk is. Hingen de zaadlobben der zaden onder water, zoo zouden zij niet genoeg zuurstof kunnen opnemen en dus of slechts kwijnend