Pagina:Else.djvu/7

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd


I

Madam Späckbom bezat een huis dat de „Ark van Noach" genoemd werd. Beneden in de beschutte gezellige kamers op den zonkant, woonde zij zelf; hoogerop woonde juffrouw Falbe met haar broer, en boven op den zolder — er waren slechts twee verdiepingen — leefden op dakkamertjes met schuine wanden, onder trappen en achter schoorsteenpijpen een troep onreine beesten, die onder den gemeenschappelijken naam „de Bende" doorgingen.

Madam Späckbom was niet alleen een knappe vrouw, zij werd letterlijk „verstandige vrouw" genoemd, want zij was een halve dokter — of kwakzalveres, zooals de werkelijke dokters haar noemden.

Maar dat liet madam Späckbom tamelijk koud; zij had haar goede, zekere praktijk en haar kunst gaf haar zoowel geld als wetenschappelijke triomfen. Het deel van de bevolking, dat madam Späckbom