Pagina:Else.djvu/85

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

dat de likeur lag, brak den hals met een behendige slag en liet enkele druppels in Else’s mond loopen.

Zij ontwaakte ontsteld; daarop greep zij naar de flesch en dronk weer !

„Zie zoo, neem nu een hartversterking ; gij zult twee hammen hebben voor Puppelene onder uw schort.” Daarmee ging de mechanicus aan het werk: Svend en den blikslager te beladen.

Wat was dat wat zij dronk? Nooit had zij zoo iets gedronken. Het was zoet en sterk zooals de andere likeur, maar dit was als rozen, rozen waren het, die zij dronk. De rozen, die haar geheele jeugd vervolgd hadden, maar die nu zoo lang weg geweest waren, waren nu weer terug gekomen naar haar; zij dronk ze in langen geurenden teug.

Als een warm kleed legde het zich om haar bevroren leden; zij was op eens sterk en verzadigd en stond op, terwijl een behagelijke lauwwarme stroom haar doorsijpelde. Een vreugde zonder grenzen borrelde op in haar; zij voelde niet, waar zij was, zij wist niets meer; maar er was niet de minste schaschuw over de vreugde, die zij voelde.

Iederen keer als zij dronk was het alsof zij dieper en dieper zonk in de warme, geurige rozenbladen tot het over haar hoofd samensloeg en haar heen en weer zwaaide onder hooge welvingen, waar muziek in klonk langs rozenroode tonen, en rozen geurden, die haar ellende kenden en kwamen om haar te troosten.

Maar de kelderdeur werd van buiten opengestooten, en de Ölkonoom vertoonde zich ademloosen bleek. De winkelbediende moest iets gemerkt hebben, want er was een boodschap naar de politie gezonden en twee