Naar inhoud springen

Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/119

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

dag en bleef daarom voorshands vruchteloos. Aan zich zelven overgelaten, in zich zelven opgesloten, tot zich zelven beperkt, zat Multatuli met zijn onschatbaar talent als een Samson in ketenen.

Erger nog. De maatschappelijke ontwikkelingsgeschiedenis is de geschiedenis van de produktiewijze en van hare sociale verschijnselen. En onder deze is de strijd van de klassen der bezitters en der nietbezitters (tenzij somtijds de twist van de bezitters onderling) het groote feit dat wij hebben gevonden in de politieke en sociale gebeurtenissen. Bijzonder in de tweede helft van deze eeuw is de toestand van de produktie zóó, dat een heviger wordende klassenstrijd tusschen proletariërs en kapitalisten het geheele politieke leven is gaan beheerschen. Wat is nu geworden het motief van maatschappelijke verbeteringen en geestelijken vooruitgang? Vroeger was het de opstijgende tak van de kapitalistische produktie, en van deze ontwikkelingsfaze de politieke uiting: de groei van de kapitalistische klasse. Nu is het de neêrdalende arm van de produktiewijze en de beweging van het proletariaat. Zoo is eenmaal de werkelijkheid samengesteld, onze keus is niet vrij, wij zijn gebonden aan de feiten van het leven. Wie met raad of daad den geestelijken vooruitgang, de maatschappelijke verbetering wil dienen, moet op een of andere wijze de arbeidersbeweging te hulp komen. En de arbeidersbeweging, niet zooals men wenschte dat zij ware of zich verbeeldt dat zij kon zijn—maar zooals zij is. Namelijk, de socialistische partij—of, want wij spreken over een tijd toen in ons land van geen klassebeweging in het proletariaat iets te vinden was, de burgerlijke demokratie die de opleving is van het burgerlijk idealisme onder den weldadigen invloed van de denkbeelden door de ontwikkeling van het socialisme gewekt.[1]

En wie nu, gelijk Multatuli, in blindheid voor de wer-

  1. Dit oudere en eenig achtenswaardige element van de burgerlijke demokratie wel te onderscheiden van het politieke radikalisme van lateren datum, dat in beginsel aan het klassenbewuste proletariaat sterk vijandig is, en zich van de demokratische traditie bedient om de arbeiders van hunne klassentaak te vervreemden en het kapitalisme te redden.
115