Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/166

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

smeekingen, redeneering waren vergeefsch geweest. De brandklok was voldoende om het land wakker te roepen..... Uit het onderzoek zullen ongetwijfeld heilzame maatregelen voortkomen. Aan wie zal de arbeiderspartij ze verschuldigd zijn? Aan de toewijding van de bourgeoisie? Neen. Het is treurig te vermelden, doch zoo hebben onze staatslieden het gewild. De werklieden stellen alle verdiensten van het invoeren van hervormingen op rekening van den brand eener glasblazerij: de veroordeelden van Henegouwen, de muiters van Luik verschijnen voor hen als de ware aanleggers van de veranderingen in onze wetten en onze zeden.... Zoo heeft het de bourgeoisie gewild door niet zelve in te grijpen vóór zij gedwongen werd door de fakkels van brandstichters."

Door middel van de arbeidswetgeving, zegt Gilon verder, moet de sociale vrede worden hersteld (bl. 95). "Sociale vrede" beteekent in deze taal het behoud der kapitalistische orde. "Indien wij rechtvaardig waren tegenover hem, hoe zou de werkman dan in verzet komen? Hij zou geen reden hebben om verstoord te zijn en te vergeefs zoeken naar een voorwendsel. De geheele vraag van sociale vrede ligt hier. Dat wij rechtvaardig zijn! en wij zullen ieder voorwendsel tot oproer wegnemen. Maar om rechtvaardig te kunnen zijn, moeten wij de zaak van een ruim standpunt beschouwen, en niet van dat onzer nietige belangen."

Neen, had reeds Arnold Toynbee gezegd: onze hoogste, algemeene belangen staan op het spel. Men noeme de arbeidswetgeving daarom geen klassewetgeving—"zij is in het belang van de heele gemeenschap. Wij kunnen ons zelf niet veilig noemen alvorens alle burgers bij machte zijn behoorlijk te leven: de armste klasse moet geholpen worden ten bate van alle klassen". (Are Radicals Socialists? 1882, ed. 1890, bl. 219). Van alle andere klassen, natuurlijk: van de bourgeoisie en de overige groepen der regeerende.

 
162