Deze pagina is gevalideerd
- "Niet alleen, zegt dezelfde schrijver, was het opkoopen door speculanten, maar ook iedere andere handeling verboden die ten doel had de markt te beheerschen. Het terughouden van de goederen, alle afspraken en overeenkomsten daarvoor, waren onwettig. Ieder opdrijven van den dusgenaamden waren prijs door zulke maatregelen kwam onder het begrip van monopolie 't welk de kanonieke leer met hare vonnissen trof zooveel zij vermocht.... Zelfs de overeenkomsten van handwerkers, niet enkel die der kooplieden vielen in die termen.... Het maken van monopolie was evenmin als den verkoopers aan de koopers geoorloofd, b.v. wanneer deze laatsten voor de aankomst van een schip gemeenschappelijk overleg wilden plegen ten opzichte van de verwachte lading."
Montchrétien, eindelijk, in zijn beroemde "Traicté de l'Economie Politique" van 1615, opgedragen aan den koning Lodewijk XIII en aan de Koningin-Moeder, verlangde in de volgende bewoordingen maatregelen tegen het kapitalisme dat in zijn volle opkomst was:
- "Uwe Majesteiten, schreef hij, hebben een uitmuntend belang bij het regelen van alle daden van kleine koopmanschap welke in dit koninkrijk plaats hebben, opdat hare onderdanen tot die gemakkelijkheid van bestaan kunnen geraken, welke een wezenlijk deel uitmaken van den rijkdom van den Staat. Hier zal men mij wellicht tegenwerpen dat het onmogelijk is dat dezulken thans even goedkoop worden gegeven als vroeger, tengevolge van de groote hoeveelheden zilver en goud, welke thans uit de mijnen van Amerika naar Europa zijn gebracht, hetwelk de prijzen van alle waren heeft doen stijgen. Ik antwoord kort en goed: dat de innerlijke waarde van de goederen onveranderlijk is, niet de toevallige prijs die van verschillende dingen afhangt en rijzen en dalen kan; dat niets duur is of het is goedkoop geweest, en niets goedkoop, of het kan duur worden". De schrijver gaat voort met te betoogen dat blijkens de ervaring de prijzen de beweging van geld, schaarsch of overvloedig, geenszins altijd volgen.
216