Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/9

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
 

VOORWOORD

 

Oude en jonge vrienden van Frank van der Goes hebben het plan opgevat hem op zijn 80sten verjaardag te eeren door een bloemlezing te doen verschijnen uit zijne geschriften en zij vragen mij, als een der weinige nog overlevende vrienden uit zijn jeugd, die bloemlezing te voorzien van een kort persoonlijk woord. Ik wil dit doen door zoo goed mogelijk te zeggen, wat ik als de bijzondere verdiensten van den 80-jarige voor de socialistische beweging beschouw.

Van der Goes heeft meer dan een halve eeuw lang aan de socialistische arbeidersbeweging deelgenomen als theoretikus en als politikus, terwijl hij naar zijn geestelijke geaardheid noch een ekonoom noch een politikus is. Veel meer dan tot de ekonomie voelde hij zich van nature tot de letterkundige kritiek aangetrokken. En de hoofdtrek in het wezen van den politikus: bij al zijn doen en laten te mikken op succes, direkte uitkomst, is hem te eenenmale vreemd.

Zoolang hij als socialist werkzaam is, vormt de marxistische theorie den geestelijken onder- en achtergrond van Van der Goes' beoordeeling der sociale en politieke vraagstukken. Meer dan veertig jaar is het geleden, dat Herman Gorter met bewondering in zijn stem tot mij zeide: „Frank denkt heelemaal marxistisch, ik kan dat nog zoo niet".

Maar niet de marxistische theorie was de beweegkracht, die er Van der Goes een halve eeuw geleden toe dreef partij te kiezen voor Domela Nieuwenhuis en voor de ruwe, slaafsche, dommelende massa, die toen voor 't eerst, door de stem van den grooten wekker gewekt, trachtte zich uit den slijkpoel, waarin zij eeuwenlang wezenloos had gelegen, op te richten. Niet eenig gedachtestelsel, hoe grootsch en geniaal ook, gaf Van der Goes de kracht—al vond hij natuurlijk steun in dat stelsel—om te breken met zijn milieu, zich van de Beurs te laten dringen (een bijna symbolische episode in zijn leven) zijn burgerlijke loopbaan op te offeren, wat beteekende, met

5