Deze pagina is proefgelezen
'k Worde elken dag geboren en
ik sterve op elken dag,
maar Iemand heeft gesproken, dien 'k
verstaan kon, in mijne ooren :
« Zijt zonne Mij, zijt blomme Mij,
en steunt op ons verdrag,
ofschoon gij eenmaal sterven zult,
geen dood en zal u stooren. »
ik sterve op elken dag,
maar Iemand heeft gesproken, dien 'k
verstaan kon, in mijne ooren :
« Zijt zonne Mij, zijt blomme Mij,
en steunt op ons verdrag,
ofschoon gij eenmaal sterven zult,
geen dood en zal u stooren. »
Daar steune ik, hergestorven, her-
geboren, af en aan,
mijn' hope en mijn betrouwen op:
gij, zonne, zult verzinken,
en duister als de blommen zijn,
die stierven : eeuwig staan
zal blijven hij, die bouwen wilt
op God, en eeuwig blinken.
geboren, af en aan,
mijn' hope en mijn betrouwen op:
gij, zonne, zult verzinken,
en duister als de blommen zijn,
die stierven : eeuwig staan
zal blijven hij, die bouwen wilt
op God, en eeuwig blinken.
18/1/'94.