Pagina:Gezelle, Rijmsnoer om en om het jaar (1897).pdf/310

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

OP KRUKKEN


WAAROM, waarom
en wete ik niet,
het kwelt mij, al
  te onzelden,
een zwarigheid,
die 'k nooit en kan,
wat poge ik doe,
  vermelden.

Daar hapert iets
aan ziele, aan lijf,
aan bei misschien
  te zamen,
daarvan ik dit
noch dat en weet
beseffelijk
  te namen.

Als 't avond is,
't zou middag of
't zou morgen zijn
  mij moeten;
als 't morgent weêr,
of noent, 't en geeft
mij geen, of kleen,
  verzoeten.