Pagina:Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden 2023.pdf/53

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

Staten-Generaal, totdat omtrent die beschikbaarstelling is beslist. Deze mogelijkheid is van belang voor periodes van kabinetsformatie. De wetgever heeft in de Wet incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement de mogelijkheid andere openbare betrekkingen aan te wijzen die niet gelijktijdig met het lidmaatschap van de Staten-Generaal of van een der kamers kunnen worden uitgeoefend.


Vervanging zieke en zwangere kamerleden

Artikel 57a maakt het mogelijk dat zwangere en langdurig zieke volksvertegenwoordigers voor een bepaalde vaste periode tijdelijk worden vervangen. De regeling strekt zich uit tot leden van de Tweede en Eerste Kamer der Staten-Generaal, de provinciale staten, de gemeenteraden en de kiescolleges voor de Eerste Kamer in Caribisch Nederland wegens zwangerschap, bevalling of langdurige ziekte. De achtergrond van de bepaling is zowel de stimulering van de deelname van vrouwen aan het openbaar bestuur als het gezondheidsaspect.


Toelating en beëdiging kamerleden

Op grond van artikel 58 beslissen de kamers zelf of nieuwbenoemde leden voldoen aan de vereisten voor het lidmaatschap en of zij als lid kunnen worden toegelaten. Ook eventuele geschillen over de verkiezingen zelf worden door de kamers beslist.

Bij de aanvaarding van hun ambt leggen de kamerleden in de vergadering een eed of belofte af. Zij zweren of beloven onder meer trouw aan de Grondwet en een getrouwe vervulling van hun ambt.


Benoeming van de voorzitters van de kamers

Elke kamer benoemt zelf haar eigen voorzitter (artikel 61). De tijdsduur waarvoor de benoeming geldt, is niet in de Grondwet geregeld. Volgens de reglementen van orde die de beide kamers zelf vaststellen (artikel 72) geldt zij voor de periode tot de volgende verkiezing.

Zijn de kamers in verenigde vergadering bijeen, dan heeft de voorzitter van de Eerste Kamer de leiding van de vergadering.


Kamerontbinding

Zowel de Tweede als de Eerste Kamer kunnen tussentijds bij koninklijk besluit worden ontbonden.

Ontbinding van de Eerste Kamer is overigens een zeer zeldzame figuur. De Grondwet schrijft voor dat de verkiezing van een nieuwe kamer en de eerste samenkomst van de nieuwe kamer binnen drie maanden na de ontbinding moeten plaatsvinden. De parlementaire continuïteit is gewaarborgd door de bepaling dat de ontbinding ingaat op de dag waarop de nieuw gekozen kamer samenkomt.


Troonrede

In artikel 65 is vastgelegd dat de Koning jaarlijks in de volksvertegenwoordiging verschijnt voor het geven van een uiteenzetting van het door de regering in het komende parlementaire jaar te voeren beleid.

Het uitspreken van deze uiteenzetting (de troonrede) vindt plaats op de derde dinsdag van september.

Bij wet kan ook een eerder tijdstip worden vastgesteld. Het grondwetsartikel biedt eveneens de mogelijk­ heid dat de uiteenzetting namens de Koning wordt uitgesproken. Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden 2023 | 53