Pagina:Groot volkomen moolenboek.pdf/80

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Figuur 23.

Beſchryving over de Grond van de Achtkante Kooren-molen, ſtaande tot Stokholm.

G. Het Sparwiel heeft 63 Kammen, de deeling 4½ duim.
H. De twee ſchiefloopen die de ſteenen omdryven, yder 16 ſtaven.
M. De Kap van boven te zien met zyn toelage.
K. Het Ringwiel dat de Kap omkruit, heeft 116 Kammen, 7 duim deling.
L. De Schiefloop daar toe heeft 7 ſtaven.
A. Het bovenſte Kamwiel heeft 64 Kammen, 5½ duim deling.
B. De Schiefloop daar toe 27 ſtaven.
N. De Rolri'ng in de toelaag te zien.
O. De halve vloer in de Toelaag te zien, met de Blokkielen en de halve Kuip.


Figuur 24.

Beſchryving over de Opſtal van de Achtkante Koren-molen.

A. Het bovenſte Kamwiel heeft 64 Kammen, 5½ duim deling.
B. De ſchiefloop daar toe 27 ſtaven.
C. Het Heiswiel 28 Kammen 4¼ duim deling.
D. Dat ander Heiswiel daar toe heeft 34 Kammen.
E. Dat Spelwiel dat de kap omdraait, heeft 40 Kammen.
F. De ſchiefloop daar toe die aan het groote Heiswiel is, heeft 13 Raven, 4½ duim deling.
G. Het ſparwiel heeft 63 Kammen, 4½ duim deling.
H. De ſchiefloop die de ſteenen omdryft, heeft 16 ſtaven.
I. De Roede is lang 88 voet.

Figuur 25.

Beſchryving tot de dubbelde Koren-molen, daar ’t water door pompſtokken loopt, met zyn Grond, ſtaande tot Stokholm.

A. Het Kamwiel heeft 90 Kammen 5¼ duim deling.
B. De ſchiefloop daar toe, heeft 27 ſtaven.
C. Het ſparwiel heeft 60 Kammen, 4¾ duim deling.
D. De ſchiefloop daar toe, die de ſteen omdryft, heeft 11 ſtaven.
E. Het Waterwiel heeft 88 ſchoppen; de hoogte is 28 voet van ’t Waterwiel.
Beſchryving over de Pompſtokken omtrent het Waterval, hoe men de zelve boren en verdelen moet. Het Waterval van deze Molen is 33 voet boven de Horizont. Het Waterwiel is 28 voet hoog, zoo blyft voor het Waterval 5 voet. De Water-leiding is 390 voeten lang; deze 390 voeten verdeelt in vier deelen.

Voor het eerſte deel by het Waterval, neemt 155 voeten; de wydte van ’t gat is 10½ duim geboort.
Voor het tweede deel 104 voeten, de Wydte van het gat boort 9½ duim.
Voor het derde deel 80 voeten, de wydte van ’t gat boord 8¼ duim.
Voor het vierde deel 50 voeten, de wydte van ’t gat boort 7½, duim by het Waterwiel.


Figuur 26.

Beſchryving over de enkelde Koren-molen‚ die door ’t water omdraait‚ met zyn Grond‚ ſtaande tot Stokholm.

A. Het Kamwiel, heeft 108 Kammen. B. De ſchiefloop heeft 9 ſtaven 4¼ duim deling.
C. Het Waterwiel heeft 84 ſchoppen, de hoogte 22 voet van ’t wiel.
D. Het water dat van boven deze Moolen omdraait.

Figuur 27.

Een Stander-Moolen, ſtaande tot Stokholm, van achter te zien.

A. Het Kamwiel heeft 64 Kammen, 5¼ duim deling.
B. De ſchiefloop daar toe heeft 11 ſtaven.


Figuur 28.

De Stander-Moolen van ter zyden te zien.

A. Het Kamwiel heeft 64 Kammen, de deeling 5 en ½ duim.
B. De ſchiefloop daar toe heeft 11 ſtaven.
C. De Roede is lang 72 voet.

Figuur 29.

Een voornaame Kap tot een Kruis-kerk, of een ander voornaam Gewelf-gebouw.


Figuur 30.

Een andere Kap, dienſtig tot een Pakhuis, of ander laſtdragend Huis.

Figuur 31.

{{c|Noch een Kap op een andere manier, welke Kap veel in Duitsland gebruikt werd.

Figuur 32.

Een Model van een Draaibank tot het Moolewerk.


EINDE.