154
Fijner, vlugger, fraaier dan de gele plompen zijn andere gele bloemen, maar van lichter geel, het geel van zwavel. Ze zijn vrij groot in omtrek niet veel minder dan de gele plompen, en verheffen zich op een dun steeltje boven het water, zoodat de geheele bloem met haar dunne, vloei-papieren kroonbladeren met iederen windvlaag meewappert, met ieder zuchtje mee trilt. De bladeren van de plant—ook weer rond—drijven op het water—ze zijn iets grooter dan een rijksdaalder—bruingroen, dikwijls met eens krans van bruine, ook wel van heldergroene vlekken. Die bladeren en de bloemen komen uit een bleekgroene stengel, die schuin opstijgend uit den bodem te voorschijn komt, waar in den modder de witte dikke wortelstok ligt vastgeworteld. Het is de Watergentiaan (Villarsia nymphaeoides). We hebben menige dure buitenlandsche plant in onze vensterramen die lang zoo mooi niet is.
Het zou eigenlijk veel prettiger zijn, indien we in onze huizen wat meer Nederlandsche bloemen teelden. Ik zou u er dadelijk vijftig kunnen noemen, die op zijn minst even mooi zijn als al uwe Cineraria's en Petunia's. Gij kunt ze zelf buiten gaan halen en groeien ze dan voorspoedig in uw vensterraam, dan hebt ge op ieder oogenblik van uw drukke stadsleven een aanleiding, om te denken aan de bonte wei, de blonde duinen, de geurige hei of de frissche waterplassen, en dan aan den heerlijken lentedag of zomermorgen, toen gij uwe pleegkinderen hebt ingezameld.
Ik zeg dat hier, omdat ik drie jaren achtereen watergentianen geteeld heb op eene derde verdieping, niet in een vijver, maar in potten, gewone roode, aarden bloempotten. De eenige kunst is maar, de planten te krijgen—anders gaat alles bijna van zelf. Eerst moet je een plaats weten, waar altijd veel watergentianen groeien. Ga daar in Mei heen—dan zijn de blaadjes van de plant nog niet eens