Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/125

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

103

achterlijf, maar ze zien er geheel anders uit dan de zwarte haakjes, die hij, als biddend, omhoog houdt. Die achterste pooten ('t zijn eigenlijk geen pooten—zeggen de geleerden) zijn kort en dik en breedzolig als van een olifant. De laatste twee zitten heelemaal achter aan de laatste ring der geledingen, waaruit het rupsenlijf bestaat en vormen met elkander een soort van knijper.

Die laatste geleding eindigt van boven in een puntig uitsteeksel, het „horentje", zooals wij in onze jonge jaren zeiden; hoewel het ons wel eenigszins raadselachtig voorkwam, dat rupsen hun horentje zoo op een verkeerde plek dragen.

Rups van het "Avondrood". (Sphinx elpenor).
Natuurlijke grootte.

 

Gij zult al wel eens rupsen gevonden hebben, die wat vorm en houding aangaat, veel op deze gelijken. In Augustus en September zitten ze op seringen, liguster, lindeboomen en peppels, en, als ze uitrusten van het eten, of gestoord worden in hun maaltijd, altijd nemen ze dezelfde halfopgerichte houding aan. Zoo zitten ze u dan minuten lang aan te staren, zonder eenige uitdrukking op hun rupsengelaat, totdat ge onwillekeurig pyramiden begint te zien en palmboomen