Pagina:Heimans&Thijsse1897HeiEnDennen1stEdition.djvu/67

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

57

plaatsen van de Utrechtsche heide; onder andere een uurtje ten Zuiden van Amersfoort. Maar het zonderlingste heb. ik ze gezien bij Assen dicht bij Vries en bij Rolde; één was er als een pendule-stolp om en over een lage dwerg-eik heengegroeid, een ander leek precies een holle ronde kom.

Vroeger werden de bessen van juniperus gebruikt bij het bereiden van drank; ons woord "jenever” is dan ook afkom- stig van juniperus, net als het fransche woord genièvre; de- j wordt immers voor e net uitgesproken als de g. Het hout wordt nog veel gebruikt, vooral in Skandinavië en Zwitserland, voor kunstig houtsnijwerk. Nu maar weer verder, tusschen de hooge, dorre heide door.

Daar hebben we al weer zoo'n vinnige sinjeur; die komt goed bij de jeneverstruiken. Wat een onaantastbare plant! Pas op, pluk zijn gele bloemen niet, ’t is de gaspeldoorn: één en al stekel, geen blaadje, geen takje of ’t is vervormd tot een groene dolk met stijve, gele, scherpe punt. ’t Is een der vroegst bloeiende bremsoorten. Zijn bloemen zijn ’t bekijken wel waard, maar ’t mag een heele toer heeten, er een bloeiend twijgje van te snijden, zonder de handen danig te wonden. ’t Lijkt, of alles hier zich wapent tegen het afvreten door schapen. Alleen de heidestruik is een machte- loos slachtoffer, maar daar is ook overvloed van.

Ik herinner me nog best, hoe ik met de Ulex, de gaspel- doorn, voor ’t eerst kennis maakte. ’t Was in Mei. Langs de prachtige weg van Oud-Leusden naar het herbergje, de Hertekop, aan de Arnhemsche straatweg, aan de zuidrand van het landgoed Nimmerdor stonden prachtige bremstruiken in bloei. We hadden, mijn kameraad en ik, een poosje bij de groote, gele bloemen voor hommels gespeeld en ons vermaakt met het plotseling opspringen en omkrullen der groote stempels en het ontploffen van de helmknoppen. Onder ’t praten en voortwandelen streek ik, zoo zonder er bij te denken, met