Pagina:Heimans&Thijsse1907VanVlindersBloemenEnVogels 3rdedition.djvu/152

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

140

bijen, wespen en mieren hebben dat, ook enkele kevers bezitten iets, dat er op lijkt.

De tong kreeg ook zijn beurt; hij werd met hetzelfde kammetje gekamd en toen hadden de voorpooten rust.

Het voelsprietkammetje
(vergroot)

Nu kwam de rug aan de beurt; dat was ook prachtig om te zien, hoe de middenpooten over de warm-bruinroode fluweelpels streken en hoe ieder gelid der glanzende haren bij 't ombuigen de gouden avondzonnestralen opving en terugwierp. De platte onderzijde van de metatarsus fungeerde als schuier: ze streken altijd van achteren naar voren, tegen de sprong van het haar in, zoodat het ruggehaar prachtig "en brosse" te staan kwam.

De haren van het achterlijf daarentegen werden door middel van de achterpooten gewoon glad en platgestreken en daarmede was het toilet voltooid. Het had bijna een kwartier geduurd.

Ik heb er een voorbeeld aan genomen en als de hommels in mijn collecte er nu een beetje haveloos uitzien, dan verricht ik het kapperswerk op dezelfde manier; ik gebruik daarvoor een kort maar zacht penseel en 't is een lust om te zien, hoe een oud, verfomfaaid collectie-beest zoodoende opgeknapt kan worden.

Maar om nu nog eens op dat zoeken van hommelnesten terug te komen.

Alle zomervacanties zoek ik hommelnesten en wel in 't bijzonder nesten van de steenhommel (Bombus lapidarius) in de hoop, eens de hommeltrompetter te hooren.

Als voor meer dan tweehonderd jaar werd beweerd, dat