Pagina:HeimansEli1906MetKijkerEnBus.djvu/127

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

121

— en griste een noot weg, en met tusschenpoozen van een kwartier kwamen de gasten al de versnaperingen wegpakken, die ik hun had aangeboden. Sedert zijn we goede maatjes, en als er niet toevallig een tweede vroege wandelaar in den weg komt, zullen we elkaar nog menigen morgen spreken.