Pagina:HeimansEli1906MetKijkerEnBus.djvu/128

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
 

XIX.

In 't voorjaar over de Veluwe.


 

Wie een mooi stuk van ons landje op zijn mooist wil zien, kan niet beter doen dan in 't begin van Mei een voetreis of, als 't mogelijk is, een fietstocht te doen dwars over de Veluwe; bij Amersfoort beginnen en Apeldoorn als eindpunt kiezen, of omgekeerd al naar de windrichting. Dat kan best in één dag als de fiets ten dienste staat, in anderhalven dag als de reis per pedes apostolorum zal geschieden. De terugreis per spoor dient om uit te rusten, als het den volgenden dag weer vroeg werktijd voor ons is.

't Was voor mij de eerste keer dat ik per rijwiel de Veluwe overgerold ben en dat is mij toen beter bevallen dan de voetreis langs denzelfden weg, dien ik meermalen gedaan had. Ik dacht, dat het te snel zou gaan, om de vele indrukken in het afwisselend landschap op te nemen; maar ik heb meer gezien ook van de details en meer gehoord van de vogelwereld dan ooit te voren; we legden gemiddeld tien kilometer per uur af en met dat vaartje ontging ons maar heel weinig.

Een kwartiertje buiten Amersfoort op den weg naar Barneveld begint het landschap er al Veluwsch uit te zien. Wel is alles bouwland, maar de wegzoomen zijn er heel anders begroeid en verraden overal het vroegere bosch op heidegrond. De diepliggende, heldere, breede slooten met de bemoste