Pagina:Het Yellowstone-Park (1904).djvu/159

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
147
 

Nu zouden wij kunnen trachten, ons een voorstelling te maken van den aard dezer onzichtbare verschillen. Wij zouden kunnen vragen, wat wellicht het microscoop ons openbaren zal, wanneer het zijn gebied nog verder zal uitgebreid hebben en deeltjes, die thans nog onzichtbaar zijn, zoo zal kunnen vergrooten, dat wij ze rechtstreeks kunnen waarnemen. Maar op deze vraag wil ik thans niet ingaan. Liever wil ik vragen, of het mogelijk zou kunnen zijn, in de samenstelling van die kiemen willekeurig veranderingen te weeg te brengen, zóó, dat het dier dat uit het ei ontstond, andere eigenschappen zou vertoonen dan zijne ouders. Natuurlijk bedoel ik niet, dat men zou kunnen trachten uit een zeesterren-ei een slang, of uit een schildpadden-ei een vogel te maken. Die verschillen zijn veel te groot. Aanvankelijk zal men wel met de allerkleinste veranderingen tevreden moeten zijn. Laat ons daarom een voorbeeld kiezen van zulk een zeer kleine en schijnbaar onbeteekenende wijziging.

De gewone pauw heeft een witte variëteit, die de schitterende kleuren van de gewone soort mist. Uit de eieren dezer variëteit komen steeds weer witte pauwen. Er moet dus tusschen het ei van een gewone en dat van een witte pauw een verschil zijn dat het verschil in kleur bewerkt. Dit verschil echter kan eenvoudig zoo beschouwd worden, dat men zegt, dat de kleuren in het eene geval vrij tot ontwikkeling komen, terwijl zij in het andere daarin door een of andere oorzaak worden belemmerd. Wat is nu deze oorzaak, en hoe zou men die kunstmatig kunnen nabootsen? Met andere woorden, zou het mogelijk zijn, een middel te ontdekken dat in het ei van een gewone