Pagina:Het Yellowstone-Park (1904).djvu/190

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
178
 

durende vergrooting plaats vond, maar ook niets meer. Eerst daaruit zouden dan later, in den loop van lange tijden, door geleidelijke differentiëering de groene eencellige wiertjes ontstaan zijn.

Zou zulk een gelei nog ergens bestaan? Zou zij misschien nog voortdurend ontstaan, maar thans spoedig aan allerlei dieren ten prooi vallen, en dus nog slechts een zeer ondergeschikte rol spelen? Wij weten het natuurlijk niet. Maar aan de andere zijde is het niet erg waarschijnlijk, dat de omstandigheden op zee voor twintig of dertig millioen jaren zoo geheel anders geweest zouden zijn, dan zij sedert waren en nu nog zijn. Het is slechts een gissing, maar het komt mij volstrekt niet onmogelijk voor, dat diezelfde gelei ook thans nog hier en daar ontstaan zou. Haar ontstaan zoude het eenvoudigst denkbare geval van generatio spontanea, van een geboorte zonder ouders zijn. En het is duidelijk, dat het in de hoogste mate de moeite waard moet geacht worden, naar dit verschijnsel te zoeken.

Is deze voorstelling juist, en gelukt het die oorspronkelijke levensgelei te vinden, dan zou men natuurlijk een van de merkwaardigste uitgangspunten voor een experimenteele studie der evolutie in handen hebben. Dan zou allereerst de vraag onder het oog moeten worden gezien hoe zulk een gelei ontstaan kan, welke stoffen en welke krachten daartoe samen moeten werken. Men zou natuurlijk de hoop koesteren, het proces kunstmatig na te leeren bootsen, en zoodoende eindelijk het zoo dikwijls besproken denkbeeld van een experimenteele generatio spontanea te kunnen verwezenlijken. Maar men zou ook willen weten, hoe in die gelei de differentiëeringen tot stand gekomen