die de bestuiving en de bevruchting, in een duidelijk zichtbare schets samengevat, tracht voor te stellen.
Fig. 12.
Meeldraden en stamper, met geopend vrucht-
beginsel, om de in de zaadknoppen dringende
stuifmeelbuizen te laten zien.
Onze figuur stelt een bloem voor, waarvan de bloembekleedselen en een gedeelte der meeldraden afgebroken zijn. Op den bloembodem, den verbreeden top des bloemsteels, ziet men duidelijk de plaats hunner inhechting. De meeldraden zijn met hunne lange helmdraden zóó gebogen, dat de stuifmeelknopjes juist op den stempel komen te liggen, en daar hun inhoud uitstorten. Stempel en stijl zijn in het afgebeelde praeparaat overlangs doorgesneden; men kan de fijne stuifmeelbuizen door beider weefsel tot in het vruchtbeginsel vervolgen. Dit laatste is in de afgebeelde soort van buiten sterk behaard; in de figuur is het half opengesneden voorgesteld. Men ziet de talrijke zaadknoppen er in op kleine