Pagina:Het leven der bloem (1900).djvu/83

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
71
VOOR DE BESTUIVING DOOR INSEKTEN.


zelden is deze buis van boven door haarachtige of schubachtige aanhangselen der kroon, of door een vernauwing der buis, tegen regen beveiligd, gelijk b.v. bij het Vergeet-mij-nietje.

Fig. 37.

Hangende bloem der
Fuchsia, overlangs door-
gesneden.
Vele bloemen beschermen den honig door een schuinen of hangenden stand; hiervan leveren onze Fuchsia's en Campanula's voorbeelden. In de bijgaande figuur is een bloem der Fuchsia overlangs doorgesneden, ten einde de ligging van het honingkliertje aan te geven. De bloembodem is ovaal en bevat het vruchtbeginsel met de talrijke zaadknoppen in zich. Hij loopt naar boven (in de figuur naar onderen) in een lange buis uit, op welks rand de kelk, de kroon en de meeldraden ingeplant zijn. In het midden der buis ziet men den stijl staan, die aan het gesloten einde der buis met den bloembodem verbonden is. Naast deze plaats van inplanting ziet men in de figuur schijnbaar twee kleine, wit gelaten orgaantjes; het zijn de beide doorsneden van de ringvormige honigklier, die den stijlvoet omgeeft. De buis is nauw genoeg om den honig, die in vrij groote hoeveelheid afgezonderd wordt, in zich te bewaren en niet naar beneden te laten vallen. Insekten, langs de meeldraden en de stijl opklimmende, kunnen dezen honig gemakkelijk bereiken. Tegen regen en wind is hij daarentegen geheel veilig. De hangende stand van de bloemen onzer blauwe klokjes heeft hetzelfde doel. De beveiliging van het inwendige der bloem is zoo zeker, dat de insekten er veelvuldig gebruik van maken, hetzij om bij regen in deze bloemen te schuilen, hetzij om er 's nachts in te slapen.

Teneinde deze beschutting door de bloemkroon kunne plaats