Pagina:Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants Cesare Ripa 1644.djvu/11

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Den Konſtlievenden Heere,

MICHIEL LE BLON,

Agent wegen de Kroone en Koninginne van Sweden, by zijne Mat. van Groot Britannien.

Myn heere:

      Of ſchoon de Konſten en Wetenſchappen, door het onweder der verbolgentheden en drift der verwoede krijgswapenen, hier en daer, hebben ſchipbreuck geleden, niet te min zijn dieſelve, door de wackerheyt der geeſten, noch altijt, in haer weeſen behouden. Dat ſulx waerachtig zy, betoonen ons de overblijfſelen der konſtige werken, die de vorgaende eeuwen ons hebben naegelaten: want de Konſten en Wetenſchappen, volgen, hier in, de vruchtbaere jaren, die hoe zy meer van den Hemel werden gegonſtigt, te meerder vrucht leverenſe, hunnen Heere, weder: van gelijcke aert zijn oock de konſten, hoe die in voorſpoediger tijden werden gequeeckt, ſoo brengenſe ons mede overvloediger ſpruyten, van haere volmaecktheyt, voor den dagh: gelijk men ’t ſelve aen de bloeyende eeuwen, en aen de barre tijden, ſeer wel weet te onderſcheyden. Onſe Eeuwe, ſchoon die over al, door krijgs-geſchrey is vervult, en in opgeſtegen vlamme blakert, niet te min behouden de konſten, ook midden onder de krijgstrompetten, eenighſins daer in haeren luyſter: daer toe dan geene yveraers ontbreecken, die dieſelve met alle vlijt, helpen bevorderen. Ick dan, willende onſe eeuwe, met eenig blijck van toegenegentheyt vercieren, heb dit boek Iconologia, van den Romeinſchen Ridder Cesare Ripa, tot vorderinge der Deugd, Konſten en Wetenſchappen, in onſe

* 2                        Neder-