Naar inhoud springen

Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/10

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

6

land zonder steenkool en ijzer, landbouwstaat met betrekkelijk geringe industrieële ontwikkeling, en toch de sterkste socialistische vakbeweging en socialistische arbeiderspers ter wereld? En hoe zou hij verklaren het enorm verschil in kracht tusschen de Deensche en de Nederlandsche arbeidersbeweging, terwijl toch die twee landen in hun tegenwoordige ekonomische samenstelling volstrekt niet genoeg van elkaar afwijken, om zoo'n groot onderscheid te motiveeren, integendeel, in veel opzichten overeenstemmen.

Ook ons land is met het moderne kapitalisme in aanraking gekomen; en de wording der moderne arbeidersbeweging volgde. Maar die beweging is zwak, onzeker en buitengewoon verbrokkeld. Zij vertoont een merkwaardig gebrek aan samenhang, regelmatigen uitgroei en vastheid van gang. Zij heeft in geen der drie hoofdvormen van organisatie: vakbeweging, politieke partij en koöperatie, de doorsnee der naburige landen bereikt, noch zelfstandige vormen geschapen als b.v. Italië.[1] Individualisme, gebrek aan organiseerend vermogen, onmacht het geschapene in stand te houden, onbekwaamheid alle krachten op één punt te richten, al deze dingen maken, dat zij zich schijnt te verteren in weinig uitwerkende pogingen. De Nederlandsche arbeidersbeweging is voornamelijk een gevoelsbeweging, haar geschiedenis die van opwellingen van verzet en gemeenschapszin; zij wordt nog door geen bewust beginsel beheerscht.

Wij sociaal-democraten weten de oorzaken van deze droevige werkelijkheid. Een klein-burgerlijk land met achterlijke productiewijze, zóó zijn wij gewend


  1. Bedoeld wordt de organisaties der land-arbeiders en kleine boeren.