Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/9

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
 

INLEIDING.

 

De beginselen der sociaal-demokratie en het algemeen karakter der arbeidersbeweging zijn in overeenstemming met de internationale gelijkheid van toestanden, die het kapitalisme in alle landen, waar het zich meester maakt van de produktie, tot stand brengt. Maar die gelijkheid is een betrekkelijke; zij gaat samen met velerlei verscheidenheid, die op de kracht en de vormen der arbeidersbeweging terugwerkt. Hiertoe behooren, naast den hoogte-graad der kapitalistische productie in een land, haar ouderdom, de wijze waarop zij haar intree deed, het karakter van het tijdperk, dat aan het kapitalistische voorafging: naast het ekonomisch heden dus de nawerking van het verleden. Maar behalve de ekonomische, werken ook etnografische, politieke en godsdienstige factoren ertoe mee, vormen en kracht der arbeidersbeweging in ieder land te bestemmen. Wie haar nationale spelingen zou willen verklaren, rekening houdend met de ekonomische faktoren in het tegenwoordige alleen, en al die andere omstandigheden, en de werking van het verleden niet tellen, zou voor allerlei raadselachtige gevallen komen te staan. Wat zou hij uitrichten met de zwakke vak- en politieke arbeidersbeweging in de Vereenigde Staten, het land van reuzenbedrijf en verstgevorderde concentratie van kapitaal? En wat met Denemarken,