Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/201

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

197

der arbeidersklasse, geabrutisseerd genoeg om tegen zijn klassegenooten mobiel te worden gemaakt, Opgehitst en opgezweept door Oranjeliefde en jenever, liet het lompenproletariaat zich, meest in de katzenjammer-stemming na dynastieke of nationale feesten, in Amsterdam, Rotterdam, den Haag, Utrecht, tegen de socialisten gebruiken en volgde dan vrijelijk zijn atavistische verniel-instinkten. In verblijdende tegenstelling hiermee was de gezindheid van het strijdend proletariaat. Ofschoon ruw en ongedisciplineerd en nog overgegeven aan de frase, was het bezield door edelmoedige geestdrift, en voor de zaak tot opoffering van alle persoonlijk belang, rust en veiligheid gezind, Het ontwaken van een deel van het internationale proletariaat tot bewustzijn van zijn taak en zijn toekomst, ging hier, als elders, samen met verhooging van zijn moraliteit en was rijk aan treffende trekken van zelfopoffering en gemeenschapszin.

Op politiek gebied behaalden de arbeiders in deze periode van den klassenstrijd, hoe heftig de aanval ook geweest was, weinig gewichtige voordeelen. De bourgeoisie liet haar alleenheerschappij niet spoedig glippen, en toen de tijd kwam, dat de arbeiders vruchten van den langen strijd zouden hebben geplukt, waren hun handen verslapt door tweedracht. De kieswet-Tak werd verworpen en de kieswet-van Houten aangenomen, onder en dank zij de algemeene onverschilligheid der ontmoedigde arbeiders.

Voor ekonomische aanvallende aktie waren de tijden niet gunstig. Op één punt maar stonden, vergeleken bij de laatste jaren, de arbeiders bij verweer of aanval in den strijd tegen de patroons, in het voordeel: ook deze hadden in 't algemeen nog geene, of slechts zwakke