Naar inhoud springen

Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/47

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

43

de toenemende macht van dat proletariaat haar hadden veroordeeld tot inkonsekwentie of huichelarij—die wil en gedachten zooals zij in Frankrijk de groote politici der omwenteling hebben bezield, in Engeland Godwin en Shelley, in Duitschland Kant (in zijn zedeleer) en Fichte, Nederland heeft ze niet gekend, Toen 't burgerlijk radikalisme hier verscheen, met zijn karakteristieke neigingen van sterk rechtsgevoel, aggressief ongeloof en boven-konventioneele moraal; toen Multatuli's stem in de zestiger jaren 't besef bracht van vrijer en grootscher leven dan Nederland kende, was de tijd lang voorbij dat het burgerlijk radikalisme gezond kon leven; Multatuli bracht bevrijding van de ondragelijke heerschappij van het klein-burgerlijk konventioneele in literatuur en maatschappij, strijd tegen de uitbuiting van het koloniaal kapitalisme, maar zijne, niet van tegenstrijdigheid vrije, aanwijzingen en voorslagen, liepen uit òf in een utopisch verlicht despotisme, òf in de ontbinding der burgerlijke wereld, de anarchie. Het geloof in de bourgeoisie als in de wereld-bevrijdende klasse was dood in hem.

Van Robespierre tot Gladstone, van Washington tot Garibaldi, van Shelley tot Zola, van Kant tot Schopenhauer, van Hargreave tot Edison, van Lamarck tot Darwin, bracht de kapitalistische maatschappij in de honderd jaren tusschen 1775–1875 een talrijk geslacht voort van groote staatslieden, helden, dichters, hervormers, uitvinders en wijsgeeren. In Nederland groeide, met enkele uitzonderingen, en vooral in alles wat het openbare leven raakte, de plant der middelmatigheid.

Wij weten de oorzaken. Het was de maatschappelijke en politieke opkomst der moderne bourgeoisie