Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/55

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

51

Zoo lagen de verboden en belaste waren in alle winkels te koop, de fabrikant kon tegen den smokkelaar niet konkurreeren, hij werd boos, beschuldigde landgenooten van "gebrek aan vaderlandsliefde" en koos eieren, d.w.z. kocht effecten voor zijn geld.

De liberale geschiedschrijving geeft graag aan Willem I den schuld van de lamlendige bekrompenheid der Ned. toestanden voor '48. Maar zij vergeet even graag, dat van alle maatregelen van den koning de reaktionairste 't meest toejuiching en instemming vonden bij zijn geliefde onderdanen, die hem doorgaans in den steek lieten wanneer zijn despotisme verlicht werd. Door de steun die hij gaf aan handel en nijverheid—door zijn besef van de noodzakelijkheid van betere communicatie der havens met de zee—op zijn aandrang werd het N.-Hollandsch kanaal gegraven en het is zijn schuld niet, dat het geen Noordzee-kanaal werd; zijn inzicht in het belang van spoorwegen, door al deze dingen bleek hij in kapitalistische energie en vooruitstrevendheid, de bourgeoisie van zijn land verre de baas. Wat er voor de ontwikkeling der produktie-middelen en der verkeersmiddelen gedaan werd, was grootendeels aan zijn initiatief te danken. Had de bourgeoisie haar eigen zaken beredderd, had zij de politieke macht in handen gehad, zij zou ongetwijfeld voor handel, nijverheid en verkeer oneindig minder gedaan hebben dan de regeering deed. Het beste bewijs van haar groote politieke onrijpheid is het feit, dat tot het einde der der dertiger jaren een politieke oppositie van beteekenis


    schande, daaraan gehecht, in het algemeen gevoelen uitgewischt, en het geweten had zich reeds vroeger daaromtrent gerust gesteld." Van Hogendorp, Bijdragen.