Naar inhoud springen

Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/83

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

79

bedeelden en onbewusten, grinnekend om eenige aanplakbiljetten van kommunistische zijde, waarin shet volke werd uitgenoodigd op den Dam samen te komen, in luidruchtige vreugde joelend om het vuurwerk ter eere eener grondwet, die van hunne rechten niets wist. Ziedaar de politieke vertooning, die Nederland maakte in 1848.

 

II.

 

Op de slechte oogsten van '45 en '46, de krisis van '47, den stilstand in handel en bedrijf van '48, volgde voor het kapitaal een reeks van vette jaren. Een tijdperk van ekonomische bloei begon, dat, in '57 en '66 door de onvermijdelijke krisis onderbroken, aanhield tot '73. Toen kwam de keerzij: twintig jaar van ekonomische malaise, slechts nu en dan afgewisseld door een vleugje voorspoed.

In de produktie wordt dit tijdperk gekarakteriseerd door de groote uitbreiding van metaal-industrie en mijnbouw, zooals de eerste helft der eeuw door die der textiel-industrie, en het laatste kwart door die van chemische- en elektrische industrie, De vrijhandel had overwonnen, en met hem de arbeids-verdeeling, die van Engeland "de werkplaats der wereld" maakte. De ontdekking der goudvelden van Californië en Australië deed een groot verkeer tot stand komen met streken tot dusver woest of dun bewoond. Japan en de kusten van China werden, willig of met geweld, voor Europeesche invloeden en producten geopend. De wereldmarkt zette zich even snel uit naar het scheen als de produktie toenam en verteerde wat hem aangeboden werd, De Engelsche bourgeoisie vooral zwelgde