Naar inhoud springen

Pagina:Kartini - Door Duisternis Tot Licht (1911).djvu/149

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

125

Augustus 1900. (II.)


Nu, als wij niet naar Holland gaan, mag ik dan naar Batavia om voor dokter te studeeren? Wat Vader hierop antwoordde, is in 't kort samen te vatten: "dat ik niet moest vergeten, dat ik ben een Javaan, dat het nu nog niet mogelijk is, dat ik die richting opga — over 20 jaar zal 't anders zijn — maar nu kan 't nog niet — of ik zou 't verschrikkelijk moeilijk moeten hebben — "omdat ik dan de eerste zou zijn". Vader kon niet zoo maar op stel en sprong beslissen. Vader zou er eerst lang en breed over nadenken, met anderen er over spreken en velen raadplegen.

Dit laatste bewijst, dat Vader mijn idee niet geheel en al verwerpt; dat Vader weet, dat ik tot elken prijs vrij, zelfstandig, onafhankelijk wil worden; en dat ik werkelijk niet gelukkig zal kunnen zijn in een huwelijksleven, zooals dat tot nu toe is.

Toen vroeg ik: "maar als de Inlandsche meisjesschool van Mr. Abendanon tot stand komt, mag ik dan onderwijzeres worden?" en ik vertelde wat mevrouw Abendanon me vroeg en voorstelde.

O! Moedertje, 't was alsof de hemel openging, een eindelooze heerlijkheid zich aan mij vertoonde, die me verblindde en bedwelmde, toen ik daarop Vader hoorde zeggen: "Dat is mooi, dat is prachtig! dat mag je wel!"

"Maar ik moet er eerst voor opgeleid worden; ik moet een jaar of vier naar 't klooster om te leeren