Pagina:Kautsky 1900 nl Economische Theorie Marx.djvu/75

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

61

heeft ingeruimd, aangezien het eene volk van het andere leeren kan en moet, en aan de heerschende klassen door hun eigen belang het wegruimen geboden wordt van alle wettelijk te controleeren hindernissen, die de ontwikkeling der arbeidersklasse tegenhouden. De uiteenzettingen van Marx zijn ook niet geheel zonder resultaat geweest. De feiten die hij leverde waren zoo treffend, zoo onweerlegbaar, dat zij niet slechts op de arbeidersklasse, doch ook op denkende leden der heerschende klasse niet nalieten indruk te maken. De vorderingen in de fabriekswetgeving van Zwitserland, Oostenrijk, Duitschland, zijn niet in de laatste plaats te danken aan de uitwerking, door "Das Kapital" teweeggebracht.

Maar het aantal der denkende en niet in klasse-vooroordeelen bevangen leden der burgerklasse en de politieke invloed der arbeidersklasse zijn nog gering, en de overwegende indruk, dien wij bij het lezen der uiteenzettingen van "Das Kapital" over de fabriekswetgeving ontvangen, is niet die van bevrediging over het bereikte, maar van schaamte over de kolossale onwetendheid die thans nog bij ons over de fabriekswetgeving heerscht en die het mogelijk maakt, dat in europeesche parlementen nog opvattingen verkondigd worden, die in Engeland sinds lang door de feiten weerlegd zijn en die daar, in "het land van het Manchesterdom"', waarop men zoo gaarne farizeeïsch neerziet, reeds lang tot de overwonnen standpunten behooren.

Een uitvoeriger weergeven van wat in "Das Kapital" over den arbeidsdag te lezen staat, is hier onmogelijk[1]. Wij bevelen ieder, wien het slechts eenigszins mogelijk is, aan, de bizonderheden over de toestanden in de engelsche takken van industrie, waar de arbeidsdag niet door de wet beperkt werd, over den nachtarbeid, het tweeploegenstelsel en eindelijk over den strijd om den normalen arbeidsdag, zelf in "Das Kapital" te bestudeeren. Er zijn geen betere wapenen voor de arbeidswetgeving, dan het achtste en het dertiende hoofdstuk van "Das Kapital".

In het algemeen zijn met betrekking tot het van staatswege regelen van den arbeidsdag in Engeland twee stroomingen in tegengestelde richting te bespeuren. Van de 14de tot het einde der 17de eeuw worden wetten uitgevaardigd tot verlenging van den arbeidsdag. Sinds het begin der 19de eeuw stuurt de wetgeving in de richting van zijn verkorting.

In het begin der ontwikkeling van de kapitalistische productiewijze was het kapitaal nog te zwak om door de enkele macht der economische omstandigheden den arbeider een flink stuk meerarbeid af te persen. Nog in de 18de eeuw klaagde men dat de industrieele arbeiders in Engeland slechts vier dagen per week arbeidden, daar zij in dien tijd genoeg verdienden om gedurende de geheele week te kunnen leven. Ten einde de arbeidsloonen te doen dalen en den arbeidstijd langer te maken, werd toen voorgeslagen om vagebonden en bedelaars in een dwangwerkhuis te sluiten, dat een "Huis der Verschrikking"


  1. Kautsky heeft het onderwerp, tot op den nieuweren tijd bijgewerkt, ruimer behandeld in zijn brochure: "De arbeidswetgeving, in het bijzonder de internationale, en de acht-urendag." Neurenberg, 1890.