Pagina:Max Havelaar of de Koffiveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappy (vyfde druk).djvu/265

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
253

van die aanmatigende betwetery in ’t begin, en vooral van die apathische slaperigheid in de laatste jaren van hun bestuur. Ik heb er reeds op gewezen dat Havelaar in zyn moeielyken plicht meende te kunnen steunen op de hulp van den Gouverneur-generaal, en ik voegde er by «dat deze meening naïef was.» Die Gouverneur-generaal wachtte zyn opvolger: de rust in Nederland was naby!


We zullen zien wat deze neiging tot slaap berokkend heeft aan de Lebaksche Afdeeling, aan Havelaar, en aan den Javaan Saïdjah, tot wiens eentonige geschiedenis — één onder zeer velen! — ik thans overga.


Ja, eentonig zal ze wezen! Eentonig als ’t verhaal van de werkzaamheid der mier die haar bydrage tot den wintervoorraad moet opslepen tegen den aardkluit — voor haar een berg — die er ligt op den weg naar de voorraadschuur. Telkens valt ze terug met haar vracht, om telkens weer te beproeven of ze eindelyk vasten voet zou kunnen zetten op dat steentje daar-boven…op de rots die den berg kroont. Maar tusschen haar en dien top is een afgrond die moet worden omgetrokken…een diepte die duizend mieren niet vullen zouden. Daartoe moet zy, die nauwlyks kracht heeft haar last voortteslepen op gelyken grond — een last vele malen zwaarder dan eigen lyf — dien omhoog heffen, en zich overeind houden op een bewegelyke plek. Ze moet het evenwicht bewaren als ze zich opricht met haar vracht tusschen de voorpooten. Ze moet die omslingeren in schuinsche richting naar-boven, om ze te doen neerkomen op de punt die uitsteekt aan den rotswand. Ze wankelt, waggelt, schrikt, bezwykt…tracht zich te houden aan den half ontwortelden boomstam die met zyn kruin naar de diepte wyst — een grasspriet! — ze mist het steunpunt dat ze zoekt: de boom slingert terug — de grasspriet wykt onder haren tred — ach, de tobster valt in de diepte met haar vracht. Dan is zy een oogenblik stil, wel een sekonde…dat lang is in het leven van een mier. Zou ze verdoofd wezen van pyn door haar