Naar inhoud springen

Pagina:Max Havelaar of de Koffiveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappy (vyfde druk).djvu/269

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
257

gezegd hadden, gaarne kennis te willen aanknoopen met Sterns vader. Dit is natuurlyk om door den vader te komen tot den oom, die in suiker doet. Als ik nu te sterk party trek voor ’t gezond verstand tegen den jongen Stern, laad ik den schyn op my, alsof ik hen van hem wil aftrekken, en dit is volstrekt het geval niet, want ze doen in suiker.


Ik begryp volstrekt Sterns bedoeling niet met zyn geschryf. Er zyn altyd ontevreden menschen, en staat het hem nu fraai, hy die zooveel goeds geniet in Holland — van de week nog heeft myn vrouw kamillenthee voor hem gezet — om te schimpen op de Regeering? Wil hy daarmee de algemeene ontevredenheid aanvuren? Wil hy Gouverneur-generaal worden? Hy is er verwaand genoeg toe…om het te willen, meen ik. Ik vroeg hem dit eergister, en zei er ronduit by, dat zyn hollandsch nog zoo gebrekkig was. «O, dit is geen bezwaar, antwoordde hy. Er schynt maar zelden een Gouverneur-generaal daarheen gezonden te worden, die de taal van ’t land verstaat.» Wat moet ik nu doen met zoo’n wysneus? Hy heeft niet den minsten eerbied voor myn ondervinding. Toen ik hem van de week zei dat ik reeds zeventien jaar makelaar was, en al twintig jaar de beurs bezocht, haalde hy Busselinck & Waterman aan, die al achttien jaar makelaars zyn, en, zeide hy «die hebben dus één jaar ondervinding meer.» Zoo ving hy me, want ik moet erkennen, omdat ik van de waarheid houd, dat Busselinck & Waterman weinig van de zaken weten, en dat het knoeiers zyn.


Marie is ook in de war. Verbeeld u, dat ze van de week — het was haar beurt van voorlezen aan ’t ontbyt, en we waren aan de geschiedenis van Loth — op eens stilhield en niet verder lezen wilde. Myn vrouw, die evenzeer als ik op godsdienst gesteld is, trachtte haar met zachtheid tot gehoorzaamheid overtehalen, omdat het toch voor een zedig meisje niet past, zoo hoofdig te wezen. Alles vergeefs! Toen moest ik als vader

met groote strengheid haar beknorren, omdat ze door haar hardnekkigheid de stichting van ’t

5edruk