Naar inhoud springen

Pagina:Stedman, Reize naar Surinamen en Guiana Vol 1 (1799).pdf/341

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

lottenburg aan Land, alwaar ik den brief van den heer KENNEDY aan den heer REEDER ter hand stelde, die beloofde, my des anderen daags morgens een goed vaartuig te zullen bezorgen. Ik was zoo verontwaardigd over de behandeling, die men my te Paramaribo had aangedaan, en over myne Americaansche matroozen zoo te vreden, dat ik hun twaalf gebraden eendvogels voor een middagmaal liet toedienen; ik gaf hun daarenboven een guinie, en zes-en-dertig flessen goeden rooden wyn, die mynen geheelen voorraad uitmaakten; zy keerden met het vallend water te rug, en verlieten my zoo wel te vreden en zoo dronken, als maar mogelyk was.

Van mynen kant vervolgde ik myne reize tot aan de Plantagie Myn Genoegen. Na de puinhoopen van die Plantagiën, welke verbrand waaren, toen ik het bevel op Devil's Harwar voerde, bezigtigd te hebben, kwam ik op de Plantagie van LE PAIR. Alhier verhaalde my een der Opzichters de verwonderlyke manier, op welke hy aan de muitelingen ontsnapt was. "Zy hadden reeds, zeide hy, het voornaamste huis omringd, toen ik nog niet wist, dat zy zig op de Plantagie bevonden, en bezig waaren met dezelve aan vier hoeken in brand te steeken. Te willen wegloopen, was niets anders, dan zig aan een wis-