Commewyne veel aangenamer, dan die van de Cottica; zy zyn bedekt met fraaije Suiker- en Koffy-Plantagiën, maar vooral met de eerste, in 't byzonder aan den mond van deeze Rivier. Een halve myl van die Rivier en van de Cottica, is eene Protestantsche Kerk, alwaar de Colonisten den dienst gaan hooren: dezelve onderhouden den Predikant.
De Plantagie de Hoop, alwaar ik tans het bevel over het krygsvolk op my nam, is eene uitmuntende Suiker-Plantagie, gelegen aan den linker oever van de Commewyne, aan den mond van eene kleine beek, genaamd Bottle-Kreek, en byna tegen over eene andere, Cassivinica genaamd. De Bottle-Kreek heeft gemeenschap met de Commewyne en de Peréca, zoo als de Wana-Kreek heeft met de Cormoetibo-Kreek en de Rivier Maroni.
Het krygsvolk was alhier gehuisvest in barakken, van Latanus-boomen hout gemaakt; maar men had dezelve op eenen zoo moerassigen en laagen grond geplaatst, dat zy by den vloed geheel onder water stonden. De Officiers waren allen in een gebouw van denzelfden aart opgesloten; en ondertusschen wierd het fraaije huis van den Planter, het welk voor hun zeer gemakkelyk en ge-