Naar inhoud springen

Pagina:Stijl vol 02 nr 01 p 001-005.djvu/2

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen


Slaan wij een blik op den afgeloopen jaargang, dan moet het ons met bewondering vervullen dat uitvoerende kunstenaars de denkbeelden waartoe zij al arbeidende kwamen, zoo uitnemend helder wisten te formuleeren, waarmede zij veel tot verklaring van het nieuwe kunstbewustzijn hebben bijgedragen. Van dit laatste immers getuigt genoegzaam de toenemende belangstelling, — ook in het buitenland, — voor den inhoud van dit tijdschrift, welke inhoud niet naliet, zoowel bij de jongere als bij de oude generatie, zijn invloed te doen gevoelen. Zoo voorziet deze inhoud, voor den tot dieper aesthetisch bewustzijn gerijpten mensch, in een behoefte.
Dit mag dus een aansporing zijn om, ondanks de moeilijkheden, die door tijdsomstandigheden de uitgave van periodieken belangrijk verzwaren, met dezelfde zekerheid ons aesthetisch beschavingswerk voort te zetten.

October 1918.
REDACTIE.
 

MANIFEST I [1] VAN „DE STIJL”, 1918


1. Er is een oud en een nieuw tijdsbewustzijn.
Het oude richt zich op het individueele.
Het nieuwe richt zich op het universeele.
De strijd van het individueele tegen het universeele openbaart zich, zoowel in den wereldkamp als in de kunst van onzen tijd.
2. De oorlog destructiveert de oude wereld met haar inhoud: de individueele overheersching op elk gebied.
3. De nieuwe kunst heeft naar voren gebracht hetgeen het nieuwe tijdsbewustzijn inhoudt: evenwichtige verhouding van het universeele en het individueele.
4. Het nieuwe tijdsbewustzijn staat gereed zich in alles, ook in het uiterlijke leven te realiseeren.
5. Traditie, dogma’s en de overheersching van het individueele (het natuurlijke) staan deze realiseering in den weg.
6. Daarom roepen de grondleggers der nieuwe beelding allen, die in de hervorming der kunst en kultuur gelooven op, deze hinderpalen der ontwikkeling teniet te doen, zóó als zij in de nieuwe beeldende kunst — door natuurlijken vorm op te heffen — hebben te niet gedaan, hetgeen de zuivere uitdrukking der kunst, de uiterste consequentie van alle kunstbegrip belemmert.
7. De kunstenaar van heden hebben, gedreven door éénzelfde bewustzijn over de geheele wereld, op geestelijk terrein deelgenomen aan den wereldkamp tegen de overheersching van het individualisme, de willekeur. Zij sympathiseeren daarom met allen, die, hetzij geestelijk of materieel strijden voor de vorming van een internationale eenheid in Leven, Kunst en Kultuur.
8. Het orgaan „De Stijl”, dat zij met dat doel hebben opgericht, tracht bij te dragen de nieuwe levensopvatting in het licht te stellen. Medewerking van allen is mogelijk door:
9. I. Als blijk van instemming, toezending (ter Redactie) van uw naam (volledig), adres, beroep.

2

  1. Dit manifest zal, zoodra het verkeer met het buitenland weer hersteld is, afzonderlijk, in een groote oplaag vanuit de verschillende kunstcentra in het buitenland worden verspreid.Red.