Pagina:Stijl vol 03 nr 09 p 073-080.djvu/4

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen


X. U is wel revolutionnair!
Z. Nog eens: als de mensch zijn omgeving in harmonie met den aard zijner levenskracht zoekt te maken, en die levenskracht zich verdiept, zal hij noodwendig naar vernieuwing trachten. En als het tweeledige in die levenskracht tot meerder evenwicht gekomen is, zal ook enkel evenwicht hare uitdrukking worden. Als de nieuwe mensch de natuur herschapen heeft tot hetgeen hij zelf dan is: natuur en niet-natuur-in-evenwichtige verhouding, dàn heeft de mensch — ook U — in den nieuwen mensch het paradijs op aarde herwonnen!
Y. U doet me een visioen van levensvreugde zien!
X. Het paradijs doet altoos maar aan levensvreugde denken!! Toch is hetgeen ik zeide, tot op zekere hoogte, best te bereiken .... beschouw het niet als een droombeeld! De stad van kinderen wordt eens een stad van groote menschen — we hebben alleen te wachten tot de kinderen groot zijn!
Y. Als het individueele groeit tot het universeele, kunt U dat gerust zeggen! — Ik herinner me nu ook dat een vriend van U, die de Nieuwe Beelding goed scheen te begrijpen, me eens zeide dat hij bij het zien er van heimwee voelde naar het universeele, naar zijn allerdiepste zijn.
Z. Dat toont den aard der Nieuwe Beelding. Het zegt dat zij het allerdiepste innerlijke, het universeele, niet alleen sterk maar in bepaaldheid kan opwekken. Anders zou het „in-bepaaldheid-gebeelde-universeele” geen heimwee kunnen veroorzaken. De meeste menschen herkennen het universeele niet dan in en door het vage, omdat het vaag in hun zelve is. Ze herkennen het niet in zijn zuivere beeldende manifestatie omdat het universeele niet bewust in hun is. Zoodra echter een bepaald beeld van het universeele in ons gevormd is, herkennen we het in bepaalde beelding. — Zoo ziet U weer dat de tijdgeest, waarin het universeele tot klaarheid komt, verschijnt, al is ’t ook nog slechts in weinigen. — Dìt is het teeken van den nieuwen tijd, dat het universeele zòo bewust in ons is dat we er naar verlangen in zijn zuivere manifestatie, met allen drang .... ja, dan hebben we heimwee naar het universeele, inderdaad! Dit heimwee mòet een geheel andere kunst baren.
Y. Zòo is de noodzakelijkheid van een nieuwe beelding voor den nieuwen tijd wel duidelijk. Maar ik wilde nog eens op ons onderwerp van zooeven terugkomen. In de praktijk is het thans zeer moeilijk om overeenstemming tusschen ons en onze omgeving te bereiken!

(Slot volgt).

ONTVANGEN BOEKEN EN TIJDSCHRIFTEN.

Das Tagebuch (no. 25 en 26). — The Chapbook (no. 12) — Bouwkundig Weekblad (no. 28) — Het Roode Zeil (no. 5) — Ça-lra (no. 4) — Die neue Schaubühne (nos. 5 en 6) — Het Getij (no. 5 en 6). — Orgaan de V. A. N. K. (no. 3) — Klei (no. 14) — Les Humbles (no. 8) — Action (no. 4). — Bleu (no. 1) — Procellaria (no. 4 en 5).
Albert Gleizes — Du Cubisme et des moyens de le comprendre. — F. T. Marinetti: Les mots en liberté futuristes. — Serner: Letzte Lockerung (manifest dada) B. de Ligt: Poging tot aanslag op revolutionairen (Uitg. N. Amsterdammer).

76