Naar inhoud springen

Pagina:Stijl vol 05 nr 05.djvu/6

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen


Wel wijzigt het nut, het doel, in Architectuur de schoonheid. Zoo is er verschil in de schoonheid van een fabriek en die van een woonhuis. Zelfs kan het de schoonheid beperken: sommige gebruiksvoorwerpen (de installatie, machines enz. in een fabriek, wielen van vervoermiddelen b.v.) kunnen een ronden vorm eischen waar „het rechte“ de diepste schoonheid beeldt. Die ronden vorm is dan meest de zuivere cirkel, die ver van grillige natuurlijkheid is. Steeds kan de eigenlijke Architectuur dan toch alles beheerschen: zekere „betrekkelijkheid“ blijft steeds bestaan.
Het ingewortelde begrip dat Architectuur met het driedimensionale „beeldend“ zou moeten rekenen doet o. a. ook de „vlakke“ beelding van het Neo-Plasticisme als onmogelijke voor Architectuur beschouwen. De Architectuur als vormbeelding te zien is echter een traditioneele opvatting. Het is de (perspectivisch) visueele ziening van het verleden. In het Neo-Plastisch begrip is deze opgeheven (zie mijn broch. Le Neo-Plast). De nieuwe ziening (ook reeds voor het Neo-Plasticisme) is niet van uit eèn bepaald punt: zij stelt het gezichtspunt overal, en nergens bepaald. Zij stelt het niet gebonden aan plaats of tijd (overeenkomstig de relativiteitstheorie). In praktijk stelt zij het voor het vlak (de uiterste mogelijkheid van beeldingsverdieping). Zoo ziet zij de Architectuur als een veelheid van vlakken: weder vlak. Deze veelheid componeert zich dus (abstract) tot een vlak beeld. De praktijk eischt tegelijkertijd een nog betrekkelijk visueel-esthetische oplossing door compositie enz., wegens de betrekkelijkheid onzer physieke verplaatsing.
Door vlakbeelding op deze wijze te zijn eischt de Neo-Plastische Architectuur de kleur, zonder welke het vlak geen levende werkelijkheid voor ons is. Ook om het natuurlijk aspect der materie weg te nemen is kleur vereischte: de pure, vlakke, tot bepaaldheid gestelde (scherp begrensde, niet vervloeiende) primaire of grondkleur van het Neo-Plasticisme met hare tegenstelling de niet-kleur (wit, zwart en grijs).

68