Pagina:Verdrag van Lissabon (Publicatieblad van de EU, 51e jrg. 9 mei 2008).pdf/219

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Artikel 24

Het Hof van Justitie kan partijen verzoeken alle stukken over te leggen en alle inlichtingen te verstrekken welke het wenselijk acht. In geval van weigering neemt het Hof van Justitie hiervan akte.

Het Hof kan eveneens aan de lidstaten en aan de instellingen, organen of instanties die geen partij in het proces zijn, verzoeken alle inlichtingen te verstrekken welke het voor het proces nodig acht.

Artikel 25

Het Hof van Justitie is bevoegd te allen tijde een deskundigenonderzoek op te dragen aan personen, lichamen, bureaus, commissies of organen te zijner keuze.

Artikel 26

Getuigen kunnen worden gehoord overeenkomstig de bepalingen die worden vastgesteld in het reglement voor de procesvoering.

Artikel 27

Ten aanzien van gebrekkige getuigen geniet het Hof van Justitie dezelfde bevoegdheden als op dit gebied in de regel zijn toegekend aan gerechtshoven en rechtbanken, en kan het geldboeten opleggen, een en ander overeenkomstig de bepalingen die worden vastgesteld in het reglement voor de procesvoering.

Artikel 28

Getuigen en deskundigen kunnen onder ede worden gehoord volgens de in het reglement voor de procesvoering vastgestelde formule of op de wijze welke in de nationale wetgeving van de getuige of de deskundige is voorgeschreven.

Artikel 29

Het Hof van Justitie kan bevelen dat een getuige of deskundige door de rechterlijke instantie van zijn woonplaats wordt gehoord.

Dit bevel wordt ter uitvoering gericht tot de bevoegde rechterlijke instantie overeenkomstig de bepalingen van het reglement voor de procesvoering. De stukken ter uitvoering van de rogatoire commissie worden op dezelfde wijze aan het Hof teruggezonden. Het Hof draagt de kosten, doch kan deze eventueel ten laste van partijen brengen.

Artikel 30

Elke lidstaat beschouwt iedere schending van de eed der getuigen en deskundigen als het overeenkomstige strafbare feit bedreven voor een nationale rechtbank die in burgerlijke zaken uitspraak doet. Op aangifte van het Hof van Justitie vervolgt hij de daders van dit strafbare feit voor de bevoegde nationale rechterlijke instantie.