Pagina:Verdrag van Lissabon (Publicatieblad van de EU, 51e jrg. 9 mei 2008).pdf/349

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

27. Verklaring ad artikel 85, lid 1, tweede alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

De Conferentie is van oordeel dat de in 85, lid 1, tweede alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bedoelde verordeningen rekening dienen te houden met de nationale voorschriften en gebruiken inzake het inleiden van strafrechtelijk onderzoek.

28. Verklaring ad artikel 98 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

De Conferentie merkt op dat de bepalingen van artikel 98 moeten worden toegepast in overeenstemming met de gangbare praktijk. De zinsnede „de maatregelen (…) [die] noodzakelijk zijn om de economische nadelen welke door de deling van Duitsland zijn berokkend aan de economie van de door de deling getroffen streken in de Bondsrepubliek te compenseren” moet worden uitgelegd in overeenstemming met de bestaande rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

29. Verklaring ad artikel 107, lid 2, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

De Conferentie merkt op dat artikel 107, lid 2, onder c), moet worden uitgelegd in overeenstemming met de bestaande rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie betreffende de toepasselijkheid van die bepaling op de steun die wordt toegekend aan bepaalde gebieden van de Bondsrepubliek Duitsland die gevolgen ondervinden van de vroegere deling van Duitsland.

30. Verklaring ad artikel 126 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Met betrekking tot artikel 126 bevestigt de Conferentie dat het versterken van het groeipotentieel en het zorgen voor een gezonde begrotingssituatie de twee pijlers zijn van het economisch en het begrotingsbeleid van de Unie en de lidstaten. Het stabiliteits- en groeipact is een belangrijk werktuig om deze doelstellingen te verwezenlijken.

De Conferentie bevestigt dat zij achter de bepalingen betreffende het stabiliteits- en groeipact blijft staan, die zij beschouwt als het kader voor de coördinatie van het begrotingsbeleid van de lidstaten. De Conferentie bevestigt dat een op regels gebaseerd systeem de beste garantie vormt voor het doen nakomen van de verbintenissen en voor een gelijke behandeling van alle lidstaten.

In verband hiermee bevestigt de Conferentie eveneens dat zij achter de doelstellingen van de strategie van Lissabon blijft staan: het creëren van werkgelegenheid, structurele hervormingen en sociale samenhang.

De Unie streeft naar evenwichtige economische groei en prijsstabiliteit. Het economisch en het begrotingsbeleid moeten dus de juiste prioriteiten bepalen voor economische hervormingen, innovatie, concurrentievermogen en stimulering van particuliere investeringen en consumptie in tijden van zwakke economische groei. Dit zou tot uiting moeten komen in de opzet van begrotingsbeslissingen