Pagina:Vergif.djvu/94

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
96

eens warm en vroolijk dankend voor zijn hulp.

Hij antwoordde met eenige hoffelijke woorden, maar zag haar daarbij tegelijkertijd vlak in de oogen. En zij die in langen tijd niet zulk een blik ontmoet had, liet hem los en wendde zich tot de anderen.

Maar toen alle gasten weg waren en haar man zich op zijn gemak neerzette om kranten te lezen, zei mevrouw Wenche: „Maar!—wat heeft die jonge Mordtmann me verrast! en ik die heelemaal geen vermoeden had, wat er in hem stak! We moeten hem maar dikwijls vragen; dat is dan toch eindelijk eens iemand met wien ik praten kan!"

„Och, weet je—ik vind dat je nog al vrij wel met iedereen kunt praten," antwoordde haar man kort; het was hem op het laatst ter ooren gekomen welke onkorrecte gesprekken er in zijn huis gevoerd waren.

„Nu, nu, schoolraad!" zei mevrouw Wenche, terwijl zij de naalden uit haar zwaar haar begon te nemen; maar toen zij het woord schoolraad noemde, begon zij weer te lachen en nog lachend ging zij haar slaapkamer binnen. Professor Lövdahl sprong op; maar daar zij de deur al uit was, mompelde hij alleen maar iets, terwijl hij weer ging zitten.