93. Deze Agenten worden aangesteld door het Uitvoerend Bewind, op Instructiën, vasttestellen door het Vertegenwoordigend Ligchaam, en op eene Jaarwedde van negen-duizend Guldens ieder.
94. leder Agent benoemt voor zich eenen vasten Secretaris, en verdere Bedienden, tot zijne verschillende Bureaux vereischt wordende, op Instructiën, en onder goedkeuring, van het Uitvoerend Bewind.
Op voordragt van het Uitvoerend Bewind, bepaalt het Vertegenwoordigend Ligchaam de Jaarwedden voor de Secretarissen, en verdere Bedienden, der Agenten.
95. Ieder Agent is aan het Uitvoerend Bewind alleen verändwoordlijk voor all' het verzuim of nadeel, hetgeen uit wanbestuur, in zijn bijzonder vak, voor den Lande mogt voordspruiten.
96. De Agenten vormen, nimmer, onder elkanderen, eenen afzonderlijken Raad, maar zijn bepaaldlijk, ieder aan zijne persoonlijke werkzaamheden verbonden.
97. Behalve de Agenten, benoemt het Uitvoerend Bewind, buiten zig, Commissarissen, zoo hij de Departementaale Bestuuren en Geregtshoven, als ook voor de Gemeente-Bestuuren, gelijk mede in tijd van Oorlog, bij de Krijgsmagt ter Zee en te Lande.
Deze Commissarissen, bestemd, omde spoedige en stipte nakoming der Wetten en Besluiten te verzekeren, ontvangen, voor een bepaalden tijd, hunnen last en instructie van het Uitvoerend Bewind, en zijn aan hetzelve alleen verändwoordlijk.
98. De beide Raaden van Administratie, over de buitenlandsche Etablissementen, Bezittingen en Coloniën der Republick, zoo ook Commissarissen van de Nationaale Tresorie, worden aangesteld door het Uitvoerend Bewind, en zijn aan hetzelve ondergeschikt, en verändwoordlijk.
99. Het Uitvoerend Bewind, word bij alle openbaare optogten, verzeld van eene Eere-Wacht.
100. Hetzelve bepaalt het Costuum voor zijne Leden.
Het uitvoerend Bewind, of eenig Lid van hetzelve, in het openbaar verschijnende in deszelfs aangenomen Costume, geniet van alle Posten der Gewaapende Magt de hoogste militaire eerbetooning.
101. Deszelfs Leden worden gehuisvest in éénzelfde Ge- bouw, op kosten der Natie.
102. Ieder Lid van het Uitvoerend Bewind geniet eene Jaarwedde van twaalf duisend Guldens.
103. Het Uitvoerend Bewind doet de Wetten, aan hetzelve door het Vertegenwoordigend Ligchaam in de ge-