Pagina:WilliamMorris1903KunstEnMaatschappij.djvu/30

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

van hun macht vormden zich onder hen een andere reeks gilden, welker doel was de regeling en uitoefening der ambachten, vrij van leenroerige eischen. De oudere koopmansgilden verzetten zich tegen deze nieuwere instellingen; zoo zeer zelfs dat er in Duitschland een bloedige en wanhopige strijd tusschen hen ontstond; het groote oproer in Gent, dat gij u zult herinneren als een voorbeeld van deze vijandigheid, werd aangestookt door de nijvere kunsten en vergeet niet, dat Gent, de industriestad revolutionnair was en Brugge de handelsstad reactionnair. In Engeland wijzigden de koopmansgilden zich op een meer vreedzame manier en uit hen vormden zich voor het meerendeel de vroedschappen der steden, en de ambachtsgilden namen hun vaste plaats in als bestuurders en beschermers van alle ambachten. Omstreeks het begin van de veertiende eeuw was de oppermacht der ambachtsgilden volkomen en in dien tijd tenminste waren zij op zuiver democratischen voet ingericht. Losse arbeiders bestonden er niet, de leerlingen waren er van verzekerd, dat zij eenmaal meester in hun ambacht zouden worden, zoodra zij hun vak geleerd hadden. Eer wij nu verder gaan om het verval en den ondergang der gilden te beschouwen, moeten wij eens zien op welke wijze de ambachtsman in dien tijd werkte: eerst dan, een woord over zijn levensomstandigheden; in het kort moet ik zeggen, dat hij een veel onbezorgder leven leidde hoe eenvoudig dan ook dan zijn opvolger heden ten dage. Hij werkte voor geen anderen meester dan het publiek, hij maakte zijn waren zelf van het begin tot het eind en verkocht ze zelf aan den man, die ze moest gebruiken. Dit was tenminste het geval met bijna alle, zoo niet alle goederen die in Engeland gemaakt werden; enkele van de meer zeldzame stoffen zooals zijde kwamen op de ruilmarkt

12