Naar inhoud springen

Pagina:WilliamMorris1903KunstEnMaatschappij.djvu/80

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

vuil der eeuwen (zij zijn niet verschoten, alleen vuil), terwijl de hoofdmuren van de groote hal zelf ook behangen zijn met werk van latere tijden, ik denk van omstreeks 1580. Gij kunt uw smaak op de proef stellen door deze latere werken (zeer schoon in hun soort) te vergelijken met de oudere en zien welke u het beste aanstaan. Ik zal niet trachten, invloed op u te oefenen, doch alleen zeggen, dat de randen van dit later behangsel voorbeelden zijn van bewonderenswaardige bekwaamheid en bewerking.

Misschien zult gij denken, dat ik te lang gesproken heb over een kunst, die eigenlijk verdwenen is, doch het komt mij voor dat niets ons belet, haar weer in het leven te roepen, indien wij willen, omdat de bewerking zoo gemakkelijk is; en tevens schijnt het mij toe dat het verheffen in de beste dagen der kunst van een bepaald deel van een vak tot de sfeer der hoogere kunst, een noodzakelijk uitvloeisel was van de hoogte, die men in dit vak had bereikt, dat tevens door dit voorbeeld dien graad van volmaaktheid op het hoogste peil hield. De prachtige geweven schilderstukken van de vijftiende en zestiende eeuwen waren het natuurlijk gevolg van het genoegen en de bekwaamheid, die men vond in de kunst van weven in ieder dorp en huis, en terzelfdertijd waren zij een aanmoediging voor den meer bescheiden kunstbroeder, om te volharden in het geven zijner beste krachten.

Nu moet ik tot u spreken over een vak, dat sommigen van u inderdaad van minder belang zullen achten, doch dat wij toch niet buiten bespreken kunnen laten, als wij de weefkunst behandelen. Dit is de kunst van verven. Ik moet erkennen, dat geen vak zoo onderdrukt is door den invloed van een valsch begrip van handel of door de onbekendheid van het publiek met zijn ware behoeften;

58