Naar inhoud springen

Pagina:WitteHeinrich1890 In en om Valkenburg.djvu/84

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
72
GEULEM.

die hier echter heel wat kalmer schijnt dan we haar straks zagen.

Gaan we echter even op het bruggetje bij de sluis, die we spoedig in 't oog krijgen, staan, dan blijkt ons spoedig dat de wildzang hier eigenlijk wat tot bedaren gebracht werd, maar tevens hoe noode zij zich daarnaar schikt: immers alleen het door de geslotene sluis dringende water is nog voldoende om een breeden, dubbelen waterval te vormen, die van voren gezien (hiertoe gaat men een hekje door) inderdaad schilderachtig mag genoemd worden, al verliest hij het in hoogte en breedte bij een anderen hier in de buurt, aan den weg naar Houthem, dien we later hopen op te zoeken.

Ook Geulem is bekend om de zich daar bevindende onderaardsche gangen. Die er een uurtje voor over heeft, zal zich het bezoek van de Geulemer Grot zeker niet beklagen. Hiertoe vervoege men zich bij den gids J. Akkermans, het laatste huis ter linker zijde, op den hoek van den weg naar Berg. Dit is een café, vroeger door J. Coppée bewoond, die als gids en ook om het door hem gehouden vreemdelingenboek vrij algemeen bekend is. Wij gingen zijn tegenwoordig Café opzettelijk ongemerkt voorbij, wijl we nu bij zijn opvolger wilden wezen; later zullen we hem zelven een bezoek brengen.

Terwijl Akkermans zich gereed maakt om ons te vergezellen, beklimmen we even de hoogte achter zijn huis, van waar men een zeer fraai vergezicht heeft. Toen Coppée hier woonde was dit lieve plekje zeer gezocht, thans wordt er weinig de hand aan gehouden. Het is met dit al wel de moeite waard er even een kijkje te nemen.

De grotingang is dichtbij, en weldra bevinden we