Naar inhoud springen

Pagina:Witte 1888 Wilde rozen.djvu/239

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
223
KNUTSELWERK.

maar toch was 't mij nieuw en vond ik het denkbeeld alleraardigst.

Spoedig begreep ik dat die bladeren er niet bloot tegen aan geplakt waren, maar dat ze tusschen glas zaten.

In dezen zomer zag ik het nog ergens; ik kan mij echter, hoeveel moeite ik mij er ook toe geef, niet herinneren of het hier te lande of in Duitschland was.

Zeker echter was het in ons land, toen ik, bij een mijner vrienden, hetzelfde beginsel op een andere wijze toegepast zag.

Een haardscherm—een vuurscherm heette het, maar zoo durf ik het niet noemen, daar men het zeker wel niet voor een brandend vuur zal plaatsen—was het, bestaande uit twee zeer zuivere glasplaten van ongeveer 1 bij 0.70 Meter, gevat in een fraai bewerkte, zwarte houten lijst met dito voet,

Tusschen die glasplaten bevond zich een sierlijke groep Varenbladeren met wat mos, zeer bevallig geschikt, en een tableau vormende, dat ieder, die het voor 't eerst zag, in hooge mate moest verrassen,

Het zou mij geenszins verwonderen, als ik b.v. morgen van iemand, die veel visites maakt, hoorde dat dergelijke salonmeubels zoo zeldzaam niet zijn. Misschien is mijn eenigszins teruggetrokken levenswijs oorzaak dat ik ze nog nergens zag, maar toch geloof ik mij niet te vergissen, als ik meen dat ze, hier althans, nog slechts bij uitzondering worden aangetroffen.

Varenloof wordt meer door dames voor eenigszins duurzame versieringen, groepeeringen, enz., gebruikt; op aantrekkelijker wijze zeker niet.

Ik weet niet precies hoe men er bij te werk gaat, maar....

— Dan had je je mond er ook wel over kunnen houden, pruttelt vriend Nurks, want juist dít dacht ik nu van je te hooren; anders geef het mij niets wat je vertelt.